Als je noten schrijft die niet in de toonladder zitten, moet je kiezen of je een kruis of een mol gebruikt. In de meeste gevallen is slechts één van beide correct. Je kunt de noot vaak afleiden van het akkoord dat er klinkt. In deze oefening ga je de juiste variant kiezen.
De opdracht ziet er als volgt uit. Wijs steeds aan of de linker- of rechterversie de voorkeur heeft:
Hier zijn de opgaven als pdf en de antwoorden.
Toelichting bij de antwoorden:
- De bes is de kleine terts in de harmonie
GM6
. Je kunt het ook als volgt zien: de toon bes is geleend uit de toonsoortD
-mineur. - De cis is de grote terts in de harmonie
A7
. De cis is geleend uit de toonsoortD
-majeur. - De des is de septiem in de harmonie
E@79
. De cis zou een verhoogde zes zijn en die toevoeging bestaat niet. - De gis is de grote terts in de harmonie
E7
. Dat akkoord is een tussendominant voorAM
. De gis is dus geleend is uit de toonsoortA
-mineur. - In de toonsoort
F
-majeur is het akkoordD@
de verlaagde zesde trap. Je kunt ook zeggen dat de harmonie geleend is uit de toonsoortF
-mineur. De variant met kruisen is een verhoogde vijfde trap, en die komt praktisch nooit voor. - In dit geval zijn beide oplossingen mogelijk. In de harmonie
D7
is er een kleur toegevoegd. Je kunt die zien als een verhoogde kwint (als een ais), maar je kunt die ook zien als een verlaagde zes (een bes). Beide varianten zijn beargumenteerbaar. Een akkoord met een verhoogde kwint is gangbaarder dan met een verlaagde zes. Maar daartegenover staat dat de tooon bes veel gebruikelijker is dan een ais in de toonsoortG
-majeur. Harmonisch gezien is de ais correcter, maar toch noteren de meeste muzikanten een bes, omdat die noot gemakkelijker leest.