Voordelen van homofone arrangementen

schoolHomofone arrangementen zijn waardevol om te doen met een koor. In zulke bewerking zingen alle zangers tekst op hetzelfde moment. Dat maakt dat er een sterke connectie is tussen de zangers en dat het koor als geheel op het podium krachtig overkomt. Hieronder zet ik de voordelen van homofone stukken op een rij.

Repeteren bij toerbeurt

circleAls docent ben ik betrokken bij verschillende studies koordirectie, onder andere bij Balk en op de conservatoria van Amsterdam en Rotterdam. De laatste tijd gebruik ik bij die lessen regelmatig een nieuwe werkvorm. In plaats van dat de studenten beurten krijgen van tien of vijftien minuten waarin ze voor het koor staan, zit de groep in een cirkel en krijgen de studenten mini-beurten, waarin ze telkens een paar minuten werken met de groep. Hieronder laat ik zien hoe die lesvorm eruit ziet.

Muziekpapier voor arrangeren

De meeste arrangeurs gebruiken software, zoals Sibelius of Finale, om stukken mooi vorm te geven. Maar het schrijfwerk doen we toch veelal nog aan de piano. (Althans, dat hoop ik, want arrangeren achter de computer is een slechte gewoonte). Schrijven doen we dus vaak nog op papier.

Als je regelmatig schrijft voor koor, is het handig om de stemverdeling al op papier te hebben staan. Daarvoor heb ik muziekpapier gecreëerd voor de verschillende bezettingen.

Poster met Kodály handgebaren

poster-met-kodaly-handgebarenBij het solmiseren geef je de noten van de toonladder aan met do-re-mi, enzovoort. Voor die notennamen bestaan ook handgebaren. Ik heb een poster gemaakt waar die gebaren overzichtelijk op staan. Op een flink formaat, namelijk A1, 84×60 cm. Leuk voor aan de muur in je werkkamer of in de repetitieruimte.

Muziektermen in Sibelius of Finale

De bekendste computerprogramma’s voor muzieknotatie zijn Sibelius en Finale. Beide programma’s zijn helaas in het Engels. Als je met die software wil gaan werken, is het handig om de Engelse muziektermen te kennen. Hieronder staat een lijstje met de belangrijkste begrippen.

Lay-out gebruikt door uitgeverijen

makeitpretty2Uitgeverijen hebben richtlijnen voor de vormgeving van bladmuziek. Je zou verwachten dat men name de grote uitgeverijen hun best doen om een verzorgde lay-out te bedenken. Maar toch ziet de bladmuziek van een aantal gerenommeerde uitgeverijen er in mijn ogen matig uit. In dit bericht kijken we naar bladmuziek van twee grote publishers.

Haakjes in akkoordsymbolen

Sommige muzikanten schrijven in akkoordsymbolen de toevoegingen die na de eerste toevoeging komen tussen haakjes. Ze schrijven dus G7(>9) in plaats van G7>9 en D7(<9<5) in plaats van D7<9<5. Deze notatiewijze kun je zien in The New Real Book. Hier is een voorbeeld, een fragment van Take the A train.

Afkorting voor mineur

De meeste muzikanten noteren een mineurakkoord met een m. Ze schrijven dus DM en GM7. Maar sommige muzikanten gebruiken in plaats daarvan min. En in sommige boeken – zoals in de veelgebruikte New Real Book – wordt mi gebruikt.

Het is interessant om te weten hoe de voorkeuren voor het noteren van mineurakkoorden zijn verdeeld. Om daar achter te komen, heb ik een klein Google-onderzoekje gedaan.

Kruis negen of mol tien

Neem het akkoord met de volgende tonen: c - e - g - bes - es. (Je komt deze samenklank ook tegen met een dis in plaats van een es.) Hoe noteer je die samenklank in akkoordsymbolen? In de VS schrijven de meeste muzikanten C7>9. In Nederland schrijft men veelal C7<10. En het schijnt dat die laatste schrijfwijze in de vroege jaren van de jazz ook in de VS gebruikt werd.

Hoe kunnen we kiezen tussen deze twee mogelijkheden? Er is voor zowel C7>9 als C7<10 iets te zeggen.

Mineurakkoorden met kleine letters

Toen ik achttien was en net piano leerde spelen, kreeg ik advies van mijn enigszins excentrieke oom, die een fanatiek amateurmusicus was. Hij zei me dat ik mineurakkoorden moest schrijven met kleine letters. Ik was onder de indruk van zijn persoonlijkheid en ik volgde zijn advies op. Deze manier van noteren is zeker geen rare gedachte. Het komt overeen met de manier waarop majeur- en mineur- toonsoorten worden genoteerd in de klassieke muziek (met name in sommige Europese landen). Bijvoorbeeld, een vioolconcert staat dan in D-majeur of in d-mineur. En in analyses in trappen wordt deze manier van noteren ook vaak gebruikt.